Roken vergroot kans op psychiatrische aandoening
Roken lijkt de kans op het ontwikkelen van psychiatrische aandoeningen te verhogen. Dit publiceert onderzoekster Jentien Vermeulen deze maand in The British Journal of Psychiatry. Ook deed zij onderzoek naar de wijdverbreide theorie dat roken voor psychiatrisch patiënten een vorm van zelfmedicatie zou zijn. Dat bleek niet het geval. Deze laatste resultaten stonden onlangs in the Lancet Psychiatry.
Roken als trigger voor psychiatrische problemen
Arts-onderzoeker Vermeulen deed onderzoek naar de kwaliteit van zorg voor patiënten in de psychiatrie. Tijdens haar onderzoek zag zij hoe veel en vaak er gerookt werd door patiënten; tot wel 75 procent rookt. Vermeulen toonde aan dat de kans op het krijgen van een manische depressieve aandoening anderhalf tot twee keer zo groot is onder rokers. Dit zou kunnen komen doordat nicotine de chemische balans in de hersenen verstoort en tabak ontstekingsreacties veroorzaakt in het lichaam. ‘Wanneer je dan al enige gevoeligheid hebt, kan roken dat extra zetje zijn.’ Voor dit onderzoek maakte Vermeulen gebruik van genetische informatie van ruim een miljoen mensen uit een publiek toegankelijke databank.
Roken als zelfmedicatie
Vermeulen deed ook onderzoek naar roken als ‘zelfmedicatie’. Dit is het idee dat rokende psychiatrische patiënten er baat bij hebben te blijven roken, omdat bepaalde symptomen erdoor zouden afnemen en roken sneller denken zou bevorderen. Volgens Vermeulen is hiervoor geen bewijs. In een grote groep patiënten bekeek zij of er verschillen waren tussen rokers en niet-rokers. Rokers hadden vaker problemen met het geheugen dan niet-rokers en hadden vaker last van psychotische en depressieve symptomen. Stoppen met roken hing samen met een grotere snelheid van denken bij patiënten met een psychose. Patiënten die begónnen met roken vertoonden vaker een toename van wanen of hallucinaties. Stoppen met roken kan, los van lichamelijke gezondheidswinst, dus ook psychische winst opleveren.